WELK MATERIAAL HEB JE NODIG OM TE BEGINNEN?

Vanzelfsprekend moet je over een minimum aan materiaal beschikken vooraleer je kan beginnen met wijn maken. Dit startmateriaal is helemaal niet duur, er zijn zelfs zaken bij die je gratis kan op de kop tikken.

Aan te kopen materiaal:

  • mandflessen of gistingsflessen (de zogenaamde “dame-jeannes”): enkele van 5, 10 of 15 liter, bij voorkeur in een plastiekmand;
  • watersloten in plastiek: dit zijn watersluisjes die beletten dat er lucht in de mandfles kan, maar die wel het gistingsgas laten ontsnappen;
  • rubber stoppen: deze passen in de opening van de mandfles en hebben een gaatje waarin het waterslot klemmend past;
  • maatglas van 100 ml (= 100 cc = 100 cm3 = 1/10 liter) met maatstreepjes op: hierin gaan we het suikergehalte van het vruchtensap meten;
  • een densimeter met lange steel (wordt soms ook wel eens suikermeter of hydrometer genoemd): hiermee gaan we in het maatglas het aantal gram suiker per liter sap meten en ook het te verwachten alcoholgehalte door vergisting van de aanwezige suiker. Dus ook hoeveel gram suiker we nog per liter sap zullen moeten toevoegen om het vooropgestelde alcoholgehalte te bekomen na vergisting. Dit alcoholgehalte ligt meestal tussen 11 en 15 graden;
  • een flesje blauwloog en een zuurmetersglas: om te meten hoeveel gram zuur er aanwezig is in 1 liter sap en hoeveel er eventueel moet bijgevoegd worden;
  • een wijndief: om nu en dan een beetje wijn uit de mandfles te halen en te kunnen proeven hoe het gisten verloopt;
  • een hevelslang: bestaande uit een paar meter doorzichtige dunne plastiekdarm om na de gisting de wijn van het bezinksel (= droesem) te kunnen overhevelen in een andere mandfles om zo de wijn te laten klaren en om later de wijn te bottelen (= op gewone wijnflessen overhevelen);
  • een flessenborstel: om flessen te reinigen;
  • een handkurkapparaat: om bij het bottelen de kurken in de hals van de wijnfles te plaatsen.

Dit is alles wat een beginnende wijnmaker onmiddellijk nodig heeft.

Bij voorzichtig en oordeelkundig gebruik gaan deze materialen een hele tijd mee.

Gratis te verkrijgen materiaal:

Wijnflessen hoef je in feite nooit te kopen. Zodra je vrienden en kennissen weten dat je wijnbouwer bent, zullen ze graag hun lege flessen voor jou opzij zetten (geef ze in ruil enkele gevulde flessen van je eigen kasteelwijn terug). Ook ken je misschien in je omgeving een traiteur of restauranthouder die waarschijnlijk blij zal zijn als je zijn lege flessen komt ophalen. Vraag wel om de flessen na het ledigen onmiddellijk na te spoelen, dat scheelt hem een pak werk achteraf.

Verbruiksmateriaal en hulpproducten:

  • goede kurken: voor het afstoppen van je gevulde wijnflessen. Voor bewaarwijn zijn dit liefst lange stoppen en voor landwijn mogen het korte zijn;
  • KDS (kaliumdisulfiet): is een toegelaten ontsmettingsmiddel om de vruchten, het sap, het materiaal en eventueel de wijn te ontsmetten;
  • citroenzuur: om toe te voegen aan het sulfiet bij het ontsmetten of om bij te zuren bij een te laag zuurgehalte van het vruchtensap;
  • wijnsteenzuur: om eveneens bij te zuren bij zuurgebrek;
  • reingist: zuivere cultuurgist, (zonder wilde gisten of schimmels) in vloeibare vorm of in korrelvorm, voor koude of warme vergisting;
  • Om je werk te vergemakkelijken kan je dan nog tijdelijk uit moeders keuken lenen: enkele kunststof emmers, een kunststof trechter, neteldoeken, keukenhanddoeken, …

Cruciale tip:
Wat je nooit mag gebruiken voor al wat in contact komt met geraspte vruchten, sap of wijn, om te voorkomen dat er verkleuring of vergiftiging zou optreden: materiaal in ijzer, koper, zink en aluminium. Wel in kunststof materiaal (bestemd voor voeding) of in roestvrij staal (R.V.S. – Inox).